Het paard in de sneeuw

Niek en Sas hebben vrij. Ze gaan naar een huisje buiten de stad. Er valt een dik pak sneeuw. Sas en Niek sleeën tot aan het bos. Verder mogen ze niet van hun ouders. Dan ziet Sas iets…

En daar staan ze, in de stille sneeuw.
‘Niet lopen!’ roept Niek.
‘Eerst kijken hoe mooi het is.
Dan één voet erin, en nog één.’
Sas doet een paar stappen in de sneeuw.
Niek loopt in het spoor van Sas.
‘Nu zijn we één mens!’ zegt Niek.
Dan springt Sas met een sprong naar voren.
‘Laten we onze schaduw in de sneeuw maken!’
Ze spreidt haar armen uit.
Niek let niet meer op het spoor.
Hij rent naar Sas.
Hand in hand vallen ze naar achter.
Ze liggen in de sneeuw.
Niek kijkt naar de den.
De witte top steekt in de blauwe lucht.
Een boom versierd met echte sneeuw, denkt hij.
‘Nu opstaan,’ zegt Sas.
‘En niet leunen op de sneeuw.’
Ze gaan staan.
Er zijn twee vormen in de sneeuw.
‘Onze schaduw van sneeuw,’ zegt Sas.
Dan rent ze door de tuin.
Ze maakt de sneeuw stuk.
‘Wat doe je nou?’ roept Niek.
‘Kom mee, we gaan een paard zoeken.’

Het paard in de sneeuw – Patricia Kuiper
AVI 3 – Leeservaring C
Illustraties Dorus Brekelmans
Verschenen november 2003
Zwijsen
ISBN 90 276 4901 4